Jaarboek 25 van het Stijn Streuvelsgenootschap 2019.
Kortrijk: Stijn Streuvelsgenootschap, 2019. - 277 p.

Op 15 mei 1896 ontving Stijn Streuvels een brief van de Van Nu en Strakser Karel Van de Woestijne. Deze brief was voor de debuterende auteur van uitzonderlijk belang. Hij werd uitgenodigd aan te sluiten bij de beweging Van Nu en Straks. Die beweging groepeerde enkele van de meest vooruitstrevende trendsetters uit de (Vlaamse) literaire wereld van die tijd. De waardering vanuit die hoek was voor Streuvels bemoedigend. Al in het augustusnummer nog hetzelfde jaar werd in het gelijknamig tijdschrift Van Nu en Straks een eerste van zijn bijdragen, Een ongeluk, opgenomen. Een 11-tal verhalen en novellen, waaronder het meesterwerkje De oogst, volgden nog tot in 1901, toen Van Nu en Straks ophield te verschijnen. Ondertussen kon Streuvels in 1899, op aansporen van Emmanuel de Bom – een andere notoire Van Nu en Strakser, een eerste bundeling van enkele reeds verschenen en enkele nieuwe verhalen – waaronder de belangrijke novelle Lente – uitgeven onder de titel Lenteleven.