top of page

Van Mira tot Alma met de vlassen haren (1931)

bio_van_mira_tot_alma_clip_image002.jpg

Voorplat van Plavovlasà Alma, de Tsjechische vertaling (1939) van Alma met de vlassen haren.

Nadat de consternatie rond de ‘wulpse’ Mira uit De teleurgang van de Waterhoek was vervlogen, waagde Streuvels zich aan de creatie van een nieuwe hoofdfiguur: Alma, een stichtelijke tegenhanger van de frivole Mira. Tijdens een 'praatje' met Willem Putman (De Standaard, 8 mei 1929) zei Streuvels:

​

‘Ik werk aan het leven van een heilig meiske van te lande. Alma heet ze, 'Alma met de vlassen haren' [...] Ik wil in die vrouwenfiguur een contrast uitbeelden met 'Mira' uit 'De teleurgang van den Waterhoek'. Want heilige meisjes zijn er hier, juist zoals er 'zondige sletten' zijn.

​

Eén zin omschrijft het thema van de roman, beknopt maar treffend:

​

‘De zoekende Alma die in twijfel is over wat God met haar voorheeft, meent in het kloosterleven haar roeping te zullen vinden.’ (citaat uit de bijdrage Alma met de vlassen haren van M. de Smedt in Jaarboek 7 van het Genootschap).

​

Alma met de vlassen haren verscheen in 1931 en werd niet zo best ontvangen. Veertig jaar later schreef André Demedts in Stijn Streuvels, een terugblik op leven en werk:

​

‘Hoe meer men erover nadenkt hoe minder de roman bevredigt. De grondreden is dat de authenticiteit ontbreekt die de belangrijkste eigenschap is van Streuvels' beste werk’

bottom of page