top of page

De vader van Stijn Streuvels

bio_vader_camiel_clip_image002.jpg

Camiel Lateur (1891) (foto PBC-Brugge)

Vader Camiel Lateur (1841-1897) was van beroep zelfstandig kleermaker.

Kort nadat hij in Avelgem zijn plechtige communie gedaan had was hij ‘op stiel’ gegaan naar Roubaix (F) om er het vak aan te leren. Daar maakte hij kennis met Louise Gezelle met wie hij later trouwde.

Hij was een stil en schuchter man. Louise was in het gezin Lateur ontegensprekelijk de dominante figuur, zij was ook zeven jaar ouder dan haar man. De opvatting dat haar huwelijk met de ongeletterde kleermakersgast een ‘mariage de raison’ is geweest, is waarschijnlijk niet helemaal ongegrond, er was immers een voorkind (zij trouwden op 5 juni 1865, Louise Gezelle was zwanger van Marie Louise die, geboren op 30 juni 1865, voortijdig overleed op 27 juli 1865). Maar toch was het geen mislukt huwelijk, integendeel, een goede verstandhouding is er altijd geweest. Ze vulden elkaar goed aan, maar intellectueel was Louise in elk geval de meerdere.

Bij hun huwelijk en later bij de geboorte van de eerste kinderen verklaarde Camiel Lateur dat hij ongeletterd was. Hij heeft het schrijven later geleerd, want in 1869 ondertekende hij met zijn naam de geboorteakte van zijn zoon Franciscus.

Vader Lateur wordt door Streuvels beschreven als een wat afzijdige, stille figuur. Hij nam nooit de beslissingen, zijn echtgenote regelde alle belangrijke zaken, ook wat zijn beroepsbezigheden betrof. Zijn vrouw had een volslagen minachting voor het kleermakersvak waarin Camiel niettemin heel bekwaam was. Toch genoot hij ‑ in de jaren dat het met zijn gezondheid goed ging ‑ op zijn manier van het leven.

Louise had echter geen waardering voor de kameraden waarmee hij omging. Deze pasten niet bij zijn ‘rang’, vond zij.

In het autobiografische werk van Streuvels komt meermaals de grote bekommernis van de familie Lateur‑Gezelle naar voren om steeds en altijd hun ‘stand’ hoog te houden. Camiel Lateur was niet voorbestemd om een belangrijke rol te spelen in de autobiografische geschriften van zijn zoon.

Niettemin heeft Streuvels altijd met ingehouden sympathie, en soms ontroerend, over zijn vader geschreven. Nooit schreef hij een negatief woord, meermaals betreurde hij het geen echt contact en geen vertrouwelijke relatie met zijn vader te hebben gehad.

In Kroniek van de familie Gezelle is Streuvels daarover duidelijk: ‘De mens die mijn vader is geweest heb ik slechts langs de buitenkant gekend, zo weinig heeft hij van zijn binnenst aan ons naar buiten laten blijken’. Terugdenkend aan zijn vader schreef hij in Avelghem (1946): ‘Vader werd in alle eenvoud begraven, de 24ste juli 1897.’ ‘[hij] had in 't gezin geen gewichtige plaats ingenomen, liet dus ook geen grote leemte na.’

​

Zie ook Beknopt genealogisch overzicht

bottom of page