Een vreemde dag. Stijn Streuvels’ ‘De blijde dag’.
onder redactie van Marcel De Smedt
Jaarboek 25 van het Stijn Streuvelsgenootschap 2019.
Kortrijk: Stijn Streuvelsgenootschap, 2019. - 277 p.
Pensionnat du Bienheureux Jean Berchmans
Avelgem (eind 19e eeuw). Speelpaats van het ‘Pensionnat’ waar Frank Lateur school liep (foto verzameling P.T.).
Op 11 maart 1883 deed de twaalfjarige Frank in Heule zijn plechtige Eerste Communie. Dit stond in die tijd zowat gelijk met de intrede in de grotemensenwereld. Zijn moeder droomde ervan de bloeiende bakkerij te Avelgem van de ooms Sarel en Fik Lateur over te nemen en Frank er als meesterbakker te installeren. Pogingen om hem ergens als leerjongen te plaatsen mislukten, en op advies van nonkel Guido (Gezelle) werd beslist Frank nog een tijd naar school te sturen, in Avelgem nog wel. Bij het begin van de paasvakantie van 1883 ging hij inwonen bij de nonkels en bij zijn zuster Lisa, die na het overlijden van tante Mandine (+ 1881) als huishoudster en winkeldochter bij Sarel en Fik in dienst was gegaan. Hij werd ingeschreven als extern leerling aan het ‘Pensionnat du Bienheureux Jean Berchmans’ in Avelgem. Frank voelde zich erg ongelukkig in de nieuwe omgeving. Hij verging er van heimwee naar de ‘gemoedelijke, gezellige, huislijke atmosfeer’ van de nonnenschool ‘waar ik aan gewend was te Heule’(in Avelghem). De schoolwissel bij de aanvang van het derde trimester bemoeilijkte de aanpassing. Bovendien was Frans de voertaal. De schrik om door een leraar te worden ondervraagd deed hem het angstzweet uitbreken. Enkel de vakken ‘Vlaamsche les, lectuur of opstel’ konden enig soelaas brengen, daarin behoorde hij tot de besten van de klas. De assimilatie nam een hele tijd in beslag.
​
Ook het leven thuis bij de excentrieke nonkels was geen sinecure. Vooral nonkel Sarel maakte het leven lastig door de jonge student allerlei karweien op te leggen. Stilaan kwam Frank in opstand. Hij werd onhandelbaar zowel op school als tegenover de nonkels en zijn zuster.
​
‘Die toestand van ontevredenheid (…), ging samen met een overtuiging van verongelijkt te worden, achteruitgezet, verstoten, verschopt; ik vond behagen in zelfkwelling, eenzelvigheid, lust om mij ongelukkig, misprezen te weten.’ (in: Avelghem.)
​
Hij simuleerde ziek te zijn en uiteindelijk werd hij door zijn moeder vóór het einde van het schooljaar in Avelgem afgehaald. ‘Achteraf ben ik tot de ontdekking gekomen dat die voorgewende ziektetoestand niets anders geweest is dan de crisis die elke jongen aan die leeftijd doormaakt, onder de naam van de apenjaren.’ (in: Avelghem)
Terug in Heule ondernam moeder Lateur opnieuw enkele, overigens mislukte, pogingen om Frank bij een leermeester als bakkersjongen geplaatst te krijgen. Weer op advies van Guido Gezelle werd besloten Frank terug te sturen naar het pensionaat in Avelgem, maar nu als intern. Zijn twee jaar jongere broer Karel zou hem vergezellen. In dat eerste schooljaar 1883-1884 als inwonend leerling behaalde Frank heel goede resultaten en bij de proclamatie verwierf hij maar liefst vijftien prijsboeken.